Sociale Zekerheidsrecht
Een uitkering is een som geld die aan iemand wordt uitbetaald die om wat voor reden dan ook behoeftig is, dat wil zeggen hij of zij kan niet of niet voldoende in de eigen inkomsten voorzien.
Wie werkeloos is geraakt, komt bijvoorbeeld in aanmerking voor een WW-uitkering. Wie ziek wordt heeft recht op een WIA-uitkering (vroeger: WAO). Wie geen baan heeft of heeft gehad maar te weinig inkomsten of vermogen heeft om van te leven, komt in aanmerking voor een bijstandsuitkering.
Er bestaan verschillende sociale verzekeringen. De belangrijkste worden hieronder opgesomd:
WIA
De WIA is een verzekering tegen arbeidsongeschiktheid voor werknemers in loondienst en overheidsperspneel. De WIA is in de plaats gekomen van de WAO-uitkering en geldt voor werknemers die op of na januari 2004 arbeidsongeschikt zijn gekomen.
WAO
Tot 29 december 2005 regelde de WAO een uitkering voor werknemers die langdurig arbeidsongeschikt werden. Vanaf die datum wordt deze taak overgenomen door WIA. De WAO blijft bestaan voor mensen die al een WAO-uitkering hebben.
WAJONG
Voor mensen die al jong, dat wil zeggen voor hun 17e of tijdens hun studie, arbeidsongeschikt raken, regelt de WAJONG een uitkering.
WWB
Een WWB-uitkering, dat wil zeggen een bijstandsuitkering, is een maandelijkse uitkering voor mensen die te weinig inkomsten of vermogen hebben om van te leven en die niet in staat zijn zelf genoeg inkomsten te verkrijgen. De bijstand is bedoeld als tijdelijke ondersteuning. Daarom is de bijstandsuitkering een minimumbedrag dat maandelijks nodig is voor noodzakelijke kosten als huur, eten, kleding en premie voor de zorgverzekering. Voor ongewone, extra kosten bestaat er bijzondere bijstand.
Om in aanmerking te komen voor een WIA, WAO of WAJONG-uitkering dient u een aanvraag in te dienen bij het UWV. U wordt vervolgens onderzocht door een verzekeringsarts. Als de arts van mening is dat u wel nog in staat bent enige werkzaamheden te verrichten, wordt u nog eens onderzocht door een arbeidsdeskundige. Tenslotte volgt de brief waarin is aangegeven of u, en in welke mate u geschikt wordt geacht en hoe hoog uw uitkering zou zijn.
Een bijstandsuitkering wordt ook aangevraagd bij het CWI. Als de aanvraag compleet is wordt deze door de gemeentelijke sociale dienst in behandeling genomen. De bijstand is een gezinsuitkering. Anders dan in de WW en de WIA wordt in de bijstand rekening gehouden met inkomsten en vermogen van de eventuele partner of andere huisgenoten.
In de WWB staat dat u naast het recht op bijstand ook verplichtingen heeft. Zo moet u er alles aan doen om zo snel mogelijk weer uw eigen inkomen te verdienen. Ook dient u alle informatie te verstrekken die de sociale dienst van u verlangt. Lukt het u niet om werk te vinden, dan krijgt u eventueel ook hulp bij het vinden van werk. Dit laatste in mogelijk in de vorm van begeleiding, een bijscholingscursus of een gesubsidieerde baan. Het is de bedoeling dat de bijstand tijdelijk is.
Komt u echter uw verplichtingen niet na, dan kan de sociale dienst u straffen. Zo kan de sociale dienst uw uitkering tijdelijk korten, opschorten of zelfs helemaal stop zetten. De sociale dienst laat u dit altijd met een brief weten. Wanneer u het met de brief niet eens bent, kunt u daartegen bezwaar maken. Datzelfde geldt wanneer uw aanvraag voor een bijstandsuitkering of bijzondere bijstand wordt afgewezen of uw uitkering te laag is.
In dat geval is het aan te raden een advocaat in te schakelen die het bezwaarschrift voor u indient. Een advocaat weet wat er in de wet staat en wat de uitkeringsinstantie precies mag doen. Veel zaken zijn ook behoorlijk ingewikkeld.
Bovendien geldt, de advocaat kost u niets, u heeft recht op gefinancierde rechtsbijstand. U behoeft enkel een lage eigen bijdrage te voldoen, waarvoor u bovendien weer recht heeft op bijzondere bijstand.